Deze maand geeft gezinstherapeut Anton Hoogendoorn van praktijk De Coach In Huis zijn visie op het belang van het gezin, de opvoeding en de rol van de ouders op de ontwikkeling van kinderen. Daarnaast geeft hij ons een ‘kijkje’ op zijn werkzaamheden als gezinstherapeut in de praktijk De Coach in Huis.
Wie is Anton Hoogendoorn?
Ik ben Anton Hoogendoorn, 43 jaar oud, woon in Amsterdam en ben trotse vader van een dochter van 2. Na mijn opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening, zo’n 20 jaar geleden, heb ik eerst een paar jaar gewerkt als groepsleider. Na een geweldig leuke tijd met groepen kinderen ben ik gaan werken met ouders en kinderen, eerst in crisisopvanggroepen, later voor Bureau Jeugdzorg bij de crisisdienst en de gezinsvoogdij, en de laatste jaren bij Families First en de Opvoedpoli. De afgelopen jaren heb ik de opleiding tot contextueel gezinstherapeut gevolgd.
In mijn werk met gezinnen richt ik me vooral op wat er tússen gezinsleden gebeurt, op wensen, op wat kinderen en ouders eigenlijk willen maar (nog) niet kunnen zeggen. Gezinnen die ik heb gecoacht geven vaak aan dat er met mijn bezoek een heel andere sfeer in huis is gekomen, en dat ze op een veel opener manier met elkaar omgaan. Een moeder noemde het ‘het Anton effect’. Dat is echt eer van mijn werk, dat ik mensen mag helpen om te bereiken wat ze eerst niet voor mogelijk hielden.
Wat is praktijk De Coach In Huis?
De Coach In Huis is voorlopig een eenmanspraktijk voor coaching van gezinnen. Ik vind het vak van coachen van ouders en kinderen écht een ambacht. Het is per gezin compleet anders en maatwerk, en draait om contact maken met kinderen en hun ouders, om zulke feedback geven dat een gezin zich eraan kan ontwikkelen. Dat leer je niet in de boeken, en laat zich ook niet vangen in regeltjes. Mijn coaching is – naast een gedegen opleiding – gebaseerd op veel ervaring, mensenkennis, intuitie en hartelijke durf om ‘te benoemen wat de buurman niet zegt’.
In de reguliere zorg voor kinderen en ouders draait het op het moment naar mijn idee steeds meer (te veel) om de regeltjes en het tevreden houden van het organisatiesysteem, en blijft er steeds minder ruimte om gezinnen te helpen. Vorig jaar heb ik dan ook besloten om voor mezelf te beginnen, zodat ik de handen vrij heb om mijn ambacht in te zetten in gezinnen.
De naam De Coach In Huis had ik al snel gevonden, het dekt goed de lading van hoe ik werk. Mensen die me vragen wat ik daar dan doe in huis, antwoord ik vaak: “Ik ga een uur op de bank zitten bij mensen thuis, en dan heb ik wel gezien en gehoord wat er speelt in het gezin”. Het ligt natuurlijk een stuk genuanceerder, maar toch komt het daar op neer. Ik geloof er heilig in dat alles wat je doet een reden heeft, anders doe je het niet. Dat geldt voor volwassenen net zo als voor kinderen. Maar als je er als gezin middenin zit, dan houdt je elkaar vaak vast in een patroon waar je niet zo maar uit komt. Dan doe je zo omdat je het nu eenmaal steeds zo doet, en kom je niet verder met elkaar. Ik kan een gezin helpen om samen op wat meer afstand te kijken en te ontdekken wat er plaatsvindt.
Wat doe je dan met een gezin?
Met respect voor alle gezinsleden vertel ik ouders en kinderen op een no-nonsense manier wat ik hoor en zie, zowel wat goed gaat als wat niet werkt. Zo help ik een gezin helderder te zien wat er eigenlijk gebeurt in huis. De spiegel die ik voorhoud kan soms best confronterend zijn en een beetje pijn doen. Maar zo komen ouders en kinderen er wél achter wat iedereen van elkaar wil, en vindt je samen een nieuwe manier om met elkaar om te gaan.
Eigenlijk ben ik dus vooral een levende spiegel voor een gezin. Hoe die er uitziet hangt af van wat je met elkaar tegenkomt. Soms hebben mensen er echt genoeg aan dat ik een uurtje op de bank kom zitten zeggen wat ik zie en hoor, en kunnen ze weer verder. Andere keren neem ik bijvoorbeeld op video op wat er gebeurt en kijk met de ouders terug waar ze hun kinderen meer volgen en begrijpen. In andere gezinnen komen ouders er achter dat in hun eigen gezin van herkomst de sleutel ligt voor een zachtere opvoeding van de eigen kinderen, en gaan we daar mee aan de slag. Zo heeft elk gezin zijn eigen dynamiek, en is elk coachingstraject steeds opnieuw maatwerk.
In Huis, is dat niet eng?
Thuis, in je eigen omgeving ben je het meest jezelf, dat is zo voor zowel ouders als kinderen. Dat maakt thuis de meest geschikte plek om mee te kijken en te ontdekken zowel waar het mis gaat als waar alle gezinsleden heen willen. Tegelijk is thuis ook privé; de plek waar je je barrières laat vallen en dus ook het meest kwetsbaar bent, en dat wil je niet zo maar laten zien. Mensen vinden het daarom soms ook best eng om een coach thuis uit te nodigen. Maar steeds opnieuw merk ik in gezinnen waar ik thuis kom dat het ijs al snel gebroken is. Ouders en kinderen vinden het eigenlijk heel fijn dat hun meest kwetsbare haven weer prettiger wordt. Ik denk dat juist mijn directe eerlijke manier van feedback geven ouders en kinderen stimuleert om ook weer opener met elkaar om te gaan. Een gezin heeft dan ook al snel het gevoel dat het goed zit.
Wat is jouw visie op het gezin, de opvoeding en de rol van de ouders op de ontwikkeling van kinderen?
Hoe kinderen groot worden heeft iets heel moois en dubbels. Kinderen zijn voor ouders hun rijkste bezit, maar tegelijkertijd bezit je je kind niet. Sterker nog: wil je als ouder dat je kind een gelukkig zelfstandig mens wordt dan is jouw verantwoordelijke taak, vanaf het moment dat je je kind op de wereld zet, dat het stapje voor stapje steeds meer zonder jou kan. Met dat dubbele in de ontwikkeling van kinderen is meteen de opvoeding geen eenvoudige klus, met vele kanten. Het is steeds een evenwicht vinden tussen zorgen (zorgen voor, zorgen maken, verzorgen, bezorgd zijn, begrenzen) en laten (loslaten, toelaten, durven geven van verantwoordelijkheid, ruimte laten om groter te groeien). Naar mijn idee gaat dat beter naarmate je oog en oor hebt en houdt voor elkaar in het gezin, als je regelmatig checkt “zijn we op de goeie weg met elkaar?” Daarvoor is zelfinzicht en kwetsbaarheid nodig, en goed kijken en luisteren, soms door een andere bril dan die je gewend bent.
Het gezin is voor de ontwikkeling van kinderen een prachtig ding. Als er tweerichting verkeer plaatsvindt is het een fantastische plek om groot te worden, voor zowel kind als ouders. Is er voornamelijk éénrichtingverkeer, dan gaat het onherroepelijk vastlopen: bepaalt de ouder te veel de richting, dan krijg je als ouder ruzie met je kind, want die wil de ruimte om zich te ontwikkelen op zijn eigen manier. Bepaalt het kind te veel dan goed voor hem is, dan krijgt je kind ruzie met jou als ouder, want zonder grenzen gaat het niet goed met je kind. Beide kanten van eenrichtingsverkeer worden geuit in gedragsproblemen. Zo is een gezin eigenlijk een zelfsturende omgeving.
Mijn coaching richt zich op (zoeken naar) dit evenwicht in een gezin tussen kind en ouders. Komen alle gezinsleden tot hun recht, kan en mag iedereen bloeien? Als dat weer het geval is blijkt dat een gezin weer zelf verder kan.
Wat kan coaching voor gezinnen betekenen voor kinderen en ouders?
Op tv-programma’s zoals de ‘Supernanny’ zie je vastgelopen gezinnen in een paar weken ‘omgetoverd’ worden in gelukkige families. Dit geeft je aan de ene kant een goed beeld van de investering die een gezin gaat doen als je met mij aan de slag gaat. En je kunt net als op tv ook echt veel bereiken. Maar het is wel een beetje een eenzijdig beeld. Het verschil met tv is dat ik het gezin zelf laat ontdekken wat werkt en niet werkt. Ik geloof er niet in dat je er wat aan hebt als ik even langskom en de problemen oplos. De oplossing zit in het gezin zelf, alleen kun je er even niet bij.
Ik zie daarbij de ouders als hoofd van het gezin. Zij zijn verantwoordelijk, en bepalen wat wel en niet goed is. Een andere minstens zo belangrijke pijler van mijn benadering is: hoe meer dat in respectvolle communicatie met de kinderen gaat, des te meer rust zal het gezin ademen. Ik vind het belangrijk dat je als ouder weer in de positie komt van respectvolle regisseur. Je gaat mij dus niet met een nieuwe set huisregels zien aankomen. Ook kom ik niet zorgen dat de kinderen weer luisteren. Wél ondersteun ik de ouders om met overtuiging regels te hanteren; dat geeft voorspelbaarheid en veiligheid. En ik kijk en denk mee hoe kinderen en ouders in een gezin naar elkaar kunnen luisteren zodat iedereen tot z’n recht komt.
Ik vind het belangrijk wanneer ik start eerst zelf veel te luisteren naar iedereen binnen het gezin, en te observeren wat er gebeurt thuis. Zo krijg ik een beeld van wat werkt en niet werkt, en wat iedereen in het gezin belangrijk vindt. Dan ga ik met het gezin zitten om te praten over wat er nodig is om te bereiken wat je wilt. En coach ik de ouders en de kinderen om er naar te handelen. Ik vraag daarbij veel van het gezin. Investeren in nieuw gedrag, volhouden, doen wat je zegt, en vallen en opstaan. Op die manier bouwt een gezin zelf duurzaam aan steviger worden.
Welke kinderen en ouders komen bij jou in de praktijk?
Als je het hebt over welke kinderen en ouders er bij mij komen, dan merk ik dat die vraag in de tegenwoordige jeugdzorg steeds meer wordt verward met de vraag welke diagnose het kind heeft. Om eerlijk te zijn geloof ik in de meeste gevallen er niet zo in dat het individuele kind ‘iets heeft’. Wel denk ik dat een kind een geweldig gevoelig en sensitief wezen is dat door zijn gedrag weergeeft dat het niet goed kan omgaan met hoe zijn omgeving wordt georganiseerd. En dat het gedrag van het kind soms voor z’n omgeving ongelooflijke lastig is om te begrijpen en mee om te gaan.
Je zult dan ook begrijpen dat ik het niet zo relevant vindt of een kind of een ouder ‘iets heeft’ om ze te kunnen helpen. Gezinnen met kinderen in alle leeftijden, van kleine peuters tot bijna volwassen pubers, kunnen bij mij terecht. Wat ik ertoe vind doen is dat ze zich allemaal afvragen hoe ze een manier vinden om weer met meer plezier met elkaar om te gaan. Ik help ze om onderling gedrag weer beter te ‘lezen’.
Ouders van de gezinnen waar ik kom hebben vragen zoals:
- mijn kind doet expres niet wat ik wil
- ik heb elke dag discussie en strijd met mijn kind
- ik ben bang voor mijn kind
- mijn kind is de hele dag door druk, ik kan er niet meer tegen
- mijn kind bepaalt de regels in huis
- mijn kind wil geen nee horen
- mijn kind dreigt te ontsporen (drank- en drugsmisbruik, computerverslaafd, spijbelen)
- ik dreig als ouder te ontsporen: ik heb m’n kind wanhopig toegeschreeuwd en een klap gegeven, nu weet ik het echt niet meer
Kinderen in die gezinnen hebben vragen zoals:
- mijn vader luistert niet naar mij
- mijn moeder begrijpt me niet
- ik heb de laatste tijd mijn buik vol van de ruzies thuis
- ik mag nooit wat van m’n vader, terwijl al m’n vrienden dat wel mogen
- ik krijg alleen nog maar op m’n kop van mijn moeder
- ik heb mijn vader geslagen
- ik ben door mijn moeder geslagen
- nu durf ik niet meer naar huis
- mijn ouders schreeuwen alleen maar naar mij
- mijn ouders klagen alleen maar over mij, en zeggen nooit eens wat ik goed doe
Gezinnen kunnen mij zelf inschakelen door me te bellen of te mailen. Ook kunnen instanties ouders en kinderen doorverwijzen. Omdat de huidige jeugdzorgfinanciering veel te bureaucratisch georganiseerd is betalen gezinnen die mij inschakelen op dit moment particulier voor hun coachingstraject. De komende maanden ga ik uitgebreid netwerken met organisaties, gemeenten en bedrijven, om een coachingstraject bij De Coach In Huis voor meer gezinnen mogelijk te maken.
Succesverhaal uit de praktijk
Een kinderpsychiater verwees een jongetje van 6 jaar door, met zijn vader en moeder. Ze zijn Turkse expats, die twee jaar geleden verhuisden naar Nederland. Het jongetje zou volgens zijn school ADHD hebben, want het was enorm friemelig, onrustig en het kwam terecht in gevechten met zijn klasgenootjes, echt een driftkikkertje. Zijn moeder ervoer hem thuis eigenlijk als een lief joch; zijn vader had vooral last van de tomeloze energie van zijn zoontje: zodra vader thuis kwam van zijn werk sprong het joch rond hem heen als een jonge kwispelende hond. Vader kwam na een dag hard werken moe thuis en had vooral behoefte om even tot rust te komen, en ging steeds vaker naar hem snauwen en zich emotioneel afsluiten van hem. Het jongetje ging alleen nog maar harder zijn best doen om de aandacht van zijn vader te vangen. Moeder had verdriet dat haar man zo’n geïrriteerde houding naar hun zoontje ontwikkelde. Zo kwamen ze bij mij terecht.
In het startgesprek deden ze alle drie hun verhaal. Ik sprak met ze af dat ik de volgende week bij hen thuis zou komen langskomen in de namiddag, om mee te kijken wat er gebeurt tussen het jochie en zijn moeder en zijn vader.
Al snel werd duidelijk dat moeder zo veel liefde wilde geven aan haar zoon dat ze vermeed om hem te begrenzen. Het joch mocht alles, en had met zijn mooie donkerbruine ogen een manier gevonden om zijn moeder te verleiden om haar grenzen steeds weer wat op te rekken en dus toe te geven. Als vader thuis kwam was het joch inmiddels gewend aan instant aandacht, die vader niet steeds wilde geven omdat hij moe van zijn werk kwam. Ook was vader strikter dan moeder, wat verwarrend was voor de jongen. Deze jongen had zijn vader enorm op een voetstuk, hij was als een voorbeeld voor hem: groot, sterk, grappig, dus was enorm een aantrekkingskracht voor hem. Maar dit standbeeld wees hem naar zijn gevoel af! Dat kun je niet bevatten als je zo klein bent.
Na het eten ging ik met de ouders in gesprek, met de jongen op de achtergrond aan het spelen terwijl hij duidelijk meeluisterde en meedeed daar waar hij wilde. De ouders begrepen mijn observaties over het bang zijn om te begrenzen, over de behoefte van dit jochie om lekker met zijn favoriete vader te ravotten als hij eindelijk weer thuis was, en hoe verwarrend het leven moest zijn voor hem. Ik maakte met hen een afspraak om met hen een week later eens van gedachte te wisselen over hun beweegredenen achter wat ze lieten zien.
Achter het vermijden van begrenzen zat beider ouders hun behoefte dat hun zoon het beter had dan zij zelf, hun angst om hem tekort te doen, een depressie bij moeder die daardoor niet meer de energie vond om het aan te gaan met haar zoontje, het gemis bij moeder van steun doordat vader zo veel weg was voor zijn werk. Het alles goed vinden had ook te maken met dat ze hun kind het meest geweldige jongetje vonden dat er op aarde te vinden is. De harde emoties bij vader hadden ook te maken met dat hij van mening was dat zijn vrouw veel te toegeeflijk was naar hun zoontje. Hij was zelf veel meer van nee is nee. Ik vroeg hen om als twee volwassen mensen over dit verschil te praten zodat hun zoontje beter weet waar hij aan toe is, en om hem te geven wat hij nodig heeft. Verder bespraken we met elkaar dat je je kind ook té veel liefde en aandacht kan geven, en dat je kind daarnaast ook moet leren wat nee inhoudt, en dat “nu niet” betekent “wanneer wel”. Ik vroeg hen om hun zoontje te leren te wachten, en vervolgens wel te doen wat je hebt afgesproken als beloning voor het wachten, bijvoorbeeld een potje stoeien met je vader.
De week erna kwam ik weer terug in de namiddag. Moeder liet toe dat ik haar aanspoorde om te doen wat ze afsprak met haar zoontje, zodat hij niet meer hoefde om te gaan met loze woorden maar duidelijke grenzen kreeg die plotseling menens waren. Vader begroette zijn zoon enthousiast toen hij thuiskwam en ging eerst even met hem op schoot zitten kletsen in plaats van zich terug te trekken. Het eten werd voor het eerst sinds tijden weer gezellig, nu het jongetje wist dat de woorden van zijn ouders ook daden werden. En na het eten werd er weer eens ouderwets gestoeid, omdat vader zich had voorgenomen om tijd voor zichzelf te maken als zijn zoontje naar bed was in plaats van direct na zijn werk.
Ouders wilden graag ook het naar bed gaan aanpakken. De gewoonte was gegroeid dat het joch altijd in het bed van de ouders in slaap mocht vallen, en daar ook vaak niet meer uit wilde naar zijn eigen slaapkamer. Met name vader was daar erg machteloos en boos onder; eronder zat dat hij zich gefrustreerd voelde dat het liefdesleven van hen op deze manier in het gedrang was. Door met het naar bed gaan mee te kijken kwamen we er achter dat het joch soms bang was in zijn slaapkamertje, en dat hij die angst wilde vermijden. Vader was geneigd om zijn zoontje te zeggen dat hij niet bang hoefde te zijn omdat hij al een grote jongen was. Door met de ouders in gesprek te gaan over het serieus nemen van emoties begrepen ze dat ze hun zoontje zouden helpen als ze hem begrepen in zijn angst en hem daarin zouden begeleiden door deze aan te gaan, gesteund door hen. Zo gingen ze hem voortaan naar bed brengen met een vast ritueel, met ruim de tijd voor voorlezen en lekker kletsen over hoe de dag was geweest, en met het licht op de gang aan en de deur open zodat hij hoorde dat zijn ouders in de buurt waren. Zo kreeg hun zoontje al snel weer genoeg vertrouwen om lekker te gaan slapen.
De ouders waren ook op school gaan praten met de meester, om hem uit te leggen waar ze thuis mee bezig waren. De meester signaleerde dat het in de klas ook stukken beter ging. De jongen was erg meewerkend, en speelde vaker samen. De laatste tijd werd hij zelfs vaker gevraagd voor verjaardagsfeestjes van klasgenootjes.
Dit gezin had maar enkele sessies nodig om hun gezin weer op de rails te krijgen. Woorden van het gezin zelf zijn de beste graadmeter voor wat je als coach in huis hebt kunnen doen. De ouders schreven erover:
“To put it in simple words, Anton is a miracle for our family. He has helped our relation with our son and showed us ways, tactics that we would never have thought of ourselves. He corrected our mistakes, he showed us the right way to interact with our son, which is a difficult boy and has gone through extraordinary changes in his life and lived a difficult transition to Dutch life. Antons ideas and style was both effective on our son and us. He showed us that at this age and experience, we still have a lot to learn. He showed us methods, and followed up on the results very carefully and at every meeting.
We were probably the most difficult family he had to deal with, because we talked Turkish among ourselves, English with Anton, and our son spoke Dutch with Anton. So there was a huge communication gap between the involved parties. However, Anton handled this very well, understood how the communication within the family was through body language and by visual observation. He told us very simply and effectively what we should do. He was very clear, precise, effective and creative. He chose both strict and friendly approaches, used awards as well as warnings and even small detentions and mixed these very well, creating a good balance among them, one that a 6 year old kid would understand.
And we mostly got the result we all wanted after his consultations. And most importantly, he was very friendly while doing all this. Our son loved him like he was part of the family. He knew Anton was coming to us to help our family, so he accepted Anton as a family member. Antons warm and friendly approach was the reason for this acceptance by our son.
Our experience with Anton is so good that we are telling our friends of the existence of such a person, company, and such an important public service and how much it is helping our family”.
Benieuwd naar wat ik voor je kan betekenen? Neem dan vrijblijvend contact met me op!