Professional

Kinderoefentherapeut (Mensendieck en Cesar)

Professional

Wat doet een kinderoefentherapeut (Mensendieck en Cesar)?

De oefentherapeut biedt paramedische zorg op het gebied van houding en beweging. Met behulp van oefeningen worden bestaande klachten behandeld en wordt gewerkt aan het voorkomen van nieuwe klachten. De oefentherapeut onderscheidt zich door verder te kijken dan de klacht zelf, dat wil zeggen dat de klacht wordt geplaatst in het totaalbeeld van de houding en het bewegen van een cliënt.

De oefentherapeut heeft een vierjarige HBO opleiding Mensendieck of Cesar afgerond. Kinderoefentherapie is een specialisatie van de Oefentherapie Cesar en Mensendieck (tweejarige post HBO opleiding Kinderoefentherapie). Bij de behandeling van kinderen wordt, net als bij de algemene oefentherapie, aangesloten bij de dagelijkse vaardigheden, houdingen en bewegingen. Het doel van de behandeling is het vergroten van de ontwikkelingsmogelijkheden van het kind in zijn eigen sociale en fysieke omgeving. Plezier in bewegen staat daarbij voorop. In vrolijke, lichte oefenruimtes en met behulp van speciaal voor hen ontworpen oefenmateriaal, leren kinderen spelenderwijs (weer) wat goed en gezond bewegen is. Met als resultaat een optimale ontwikkeling van het bewegen en het vertrouwen deze vaardigheden te kunnen gebruiken.

Mogelijke indicaties kinderoefentherapie:

Indicaties algemeen:
  • Kinderen met een motorische achterstand
  • Kinderen die geen plezier hebben in bewegen
  • Kinderen die overbeweeglijk zijn
  • Kinderen die te weinig bewegen
  • Kinderen die overal tegen aanlopen, veel vallen en soms onder de blauwe plekken zit
  • Kinderen met een onhandige manier van bewegen
  • Kinderen die op een houterige stijve manier bewegen
  • Kinderen die veel onnodige meebewegingen van bijvoorbeeld armen, benen en hoofd hebben
  • Kinderen die weinig of slecht praten
  • Kinderen met lichamelijke klachten
  • Kinderen met een houdingsproblematiek
  • Kinderen met een schrijfproblematiek
  • Onzekerheid bij de ouders over de motorische ontwikkeling van hun kind

Via spel en motoriek kunnen kinderen geholpen worden bij het scheppen van voorwaarden voor de volgende belemmeringen:

  • concentratieproblemen
  • problemen hebben met samenspelen
  • weinig zelfvertrouwen
  • omgaan met boosheid
  • omgaan met vermoeidheidsklachten
  • omgaan met pesten

Bij kinderen met NLD, ADHD, of een pervasieve ontwikkelingsstoornis (autisme) komen vaak motorische problemen voor.

Indicaties baby’s:
  • Problemen bij of een vertraagde ontwikkeling van het rollen, zitten, kruipen, grijpen, staan, en lopen
  • Niet kruipen maar bijvoorbeeld billenschuiven
  • Weinig initiatief nemen bij spelen en niet of weinig op onderzoek uitgaan
  • Bewegingsonrust
  • Een eenzijdige ontwikkeling
  • Asymmetrische houdingen of bewegingen van hoofd, rug en ledematen
  • Veel vallen, niet adequaat meer bij de leeftijd
  • Hoge spierspanning; overstrekken, gebalde vuistjes
  • Lage spierspanning; de baby voelt slap en zwaar aan
  • Angstige en hele onrustige baby’s
  • Onverklaarbaar veel huilen
Indicaties dreumesen en peuters tot 4 jaar
  • Veel vallen en niet goed kunnen opvangen met de handen bij vallen
  • Weinig evenwichtsgevoel
  • Problemen met rennen, hinkelen, klauteren, vangen, gooien
  • Onzeker in bewegingssituaties, bijvoorbeeld buitenspelen
  • Gespannen bewegen, hoge spierspanning
  • Weinig plezier in bewegen en weinig initiatief nemen tijdens het spelen
  • Problemen of veel moeite met leren fietsen
  • Te weinig bewegen of juist te weinig bewegen (bewegingsonrust)
  • Verkeerde stand van de voeten, knieën, heupen
Indicaties kinderen van 4-12 jaar:
  • Problemen of veel moeite met leren fietsen, zwemmen of schrijven
  • Te veel vallen, botsten, ergens tegenaan lopen (onhandigheid)
  • Moeite met rennen, springen, klimmen, hinkelen, vangen en gooien
  • Houterige motoriek, weinig vloeiende bewegingen
  • Hypermobiliteit
  • Moeite met het herkennen van vormen, cijfers en letters bij rekenen en schrijven op school
  • Problemen met schrijven en/of het handhaven van de juiste zithouding
  • Concentratieproblemen

Verwijzing en vergoedingen kinderoefentherapie:

U heeft geen verwijzing van de huisarts nodig voor kinderoefentherapie. Aangezien de (aanvullende) polissen van zorgverzekeringen jaarlijks veranderen, grote verschillen bestaan tussen de verschillende zorgverzekeringen, is het raadzaam goed bij uw zorgverzekeringsmaatschappij te informeren alvorens kinderoefentherapie in te schakelen.

Abonneer
Laat het weten als er
1 Reactie
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Kunt u mij hierover terugbellen
Mvg Gurel