Hoe kunnen we onze kleinzoon van 3,5 jaar beter leren te luisteren? Gewoon de dagelijkse dingen zoals ‘kom je ook aan tafel? of: ‘wil jij de deur even dicht doen?’. Ook met wandelen loopt hij gewoon alleen door en kunnen wij roepen wat wij willen zonder dat hij zich hier iets van aantrekt! Wij zien ook dat dit voor de ouders een probleem is. Wij passen alleen wekelijks een dag op.
Identiteit en autonomie
Uw kleinzoon heeft nu de leeftijd waarop zijn eigen willetje bijzonder sterk is. Tijdens de peutertijd verwerven kinderen namelijk nieuwe mentale en motorische vaardigheden en willen ze voor zichzelf gaan beslissen. Het verwerven van autonomie staat dan centraal. Dit kan gepaard gaan met alles zelf willen bepalen, niet tegen verlies kunnen, de baas willen spelen en slecht met frustratie om kunnen gaan. Bijbehorende driftbuien kunnen (nog) heftiger zijn dan ze al waren. Het valt niet mee voor (groot)ouders, maar hoort helemaal bij de ontwikkeling van een eigen identiteit en autonomie. Het is dus goed om oog te hebben voor deze behoefte binnen de grenzen die jullie als (groot)ouders aan hem stellen.
Simpele regels, duidelijke grenzen
Wat belangrijk is: kinderen hebben (simpele) regels en duidelijke grenzen nodig. Als je als (groot)ouders dit consequent toepast, zal gedragverandering plaats vinden! (Lees ook de column ‘de Mat’ van Sjifra Meester over dit onderwerp)
Beloon positief gedrag
(groot)Ouders zijn vaak geneigd zich met name te richten op het ongewenste gedrag. Dit is begrijpelijk aangezien dit gedrag het meest in het oog valt. Echter, negatieve aandacht of een standje krijgen, kan onbedoeld toch een beloning zijn voor negatief gedrag. Wat minder energie kost en effectiever is, is de focus te leggen op gewenst gedrag. Als (groot)ouders zich meer richten op gewenst gedrag en het kind daarvoor direct belonen, zal het negatieve gedrag uitdoven. De beloning hoeft niet te geschieden op materiële wijze, een aai over zijn bol als het lief aan het spelen is kan ook zeer waardevol zijn. Het gaat erom dat het kind op dat moment voelt dat zijn gedrag gewaardeerd wordt. Voor meer informatie wil ik jullie verwijzen naar het artikel ‘Engeltjes of bengeltjes’: Waarom gedragen kinderen zich goed of slecht?”
Voorspelbaarheid en veiligheid
Belangrijk is dat jullie kleinzoon weet wat hij kan verwachten. Door hem van te voren te vertellen wat er komen gaat en wat er van hem verwacht wordt, is hij voorbereid en zullen gebeurtenissen hem minder overkomen. Hiermee wordt voorspelbaarheid en dus een gevoel van veiligheid gecreëerd. Je kunt dus bijvoorbeeld 5 minuten van te voren tegen hem zeggen dat jullie zo gaan eten en dat je van hem verwacht dat hij aan tafel komt zodra hij geroepen wordt. Jullie kleinzoon weet dan dat hij zo zijn spel moet onderbreken voor het avondeten. Check wel altijd even of hij het goed begrepen heeft. Jullie kleinzoon een keuze geven binnen de grenzen die jullie stellen (Wil je eerst je jas of je schoenen aandoen?) kan vaak ook goed helpen. Door hem te laten kiezen, wordt er een beroep gedaan op zijn behoefte naar autonomie en zal hij zich coöperatiever opstellen.
Boosheid en driftbui
Mocht jullie kleinzoon toch enorm boos worden en een driftbui hebben, dan is het het meest zinvol om hem op dat moment uit te laten razen. Blijf rustig, geef hem geen aandacht en ga de strijd niet aan. Als hij weer gekalmeerd is, kan een kort gesprekje (zonder het gebruik van verwijten!) over wat er gebeurd is de lucht weer klaren. Benoem vooral wat hij wel had kunnen doen in zo’n situatie, zodat hij bij herhaling weet wat er van hem verwacht wordt.